Over de regenboog


 Als straks je lichaam het welletjes vindt
en je aardse tijd voorbij is mijn lieve vrind,
dan zal ik er zijn, dan kom ik je halen
en omhels ik je met duizenden stralen!
Open dan je geestesoog en zie
mijn gestalte als twinkelende sterretjes van energie
aan je zijde staan
om samen met jou op reis te gaan.
 
Ik reik je mijn schitterende sterrenhand
en neem je mee naar je nieuwe land!
“Kom… kijk om je heen, kijk naar omhoog!
Zie je wel dat wij wandelen over de regenboog?
Hoog boven alle energieën waar jij zo van houdt
en voelt deze tocht eigenlijk niet heel vertrouwd?”
 
Zo reizend in de melodieën van dit sfeervolle oord,
vinden wij de plek waar jij werkelijk hoort!
Want, ziedaar jouw prachtige geesteshuis,
dat je verwelkomt: “Mijn kind, je bent weer thuis!”

 

 

***

 


Hier en daar…

 

Lief mensenkind daar op die donkere zee,
wij geven je vanuit hier een overpeinzing mee.
Want rampen en lijden
zijn van alle tijden.
En lieve mens daar op die woelige baren,
dat heb je al veel vaker ervaren.
Wanneer je wat dieper durft te voelen,
begrijp je wat wij hiermee bedoelen.

En kun je mild zijn, oordeel je niet,
respecteer je de ander in zijn angst en verdriet.
Dan werken wij vanuit hier en jij vanuit daar
en in dit samengaan versterken wij elkaar.
Want jij bent het vlammetje en wij zijn het vuur,
jij bent onze lichtdrager in dit donkere uur.
Weet dat daar waar het licht verschijnt,
de onzekerheid heel even verdwijnt:

 

een lach, een zwaai, een vriendelijke groet,
een oprechtheid in de dingen die je doet.
Want onze hulp zit niet in grote gebaren,
zal zich niet door wonderen openbaren,
maar reist voort wanneer jij in rust kunt zijn.
Immers: de trilling van het licht is oh zo fijn.
Mensenkind, je moet door deze periode heen,
maar wees gerust, je doet het niet alleen.

 

Verbind je met de vlam, dan zijn wij erbij,
word ons gewaar, wij wandelen aan je zij.
Want wij zijn niet hier en jij niet daar,
nee, wij gaan samen op pad, wij horen bij elkaar.
In het hier en daar, zo innig verweven,
reiken wij jou de hand,
wil jij ons de jouwe geven?

 

***

 
Een helpende hand…
 
Wanneer paniek mij overmant,
ervaar ik toch steeds die helpende hand.
En lijkt het net
alsof deze mij even buiten de situatie zet…
Zodat ik de chaos durf laten gebeuren,
zonder deze met gedachten in te kleuren.

En angst mij niet het uitzicht ontneemt
of mij totaal van mijzelf vervreemdt...
Dan kijk ik van een afstandje toe,
want ik ben de angst en onrust zo moe.
En met één been erin en het andere erbuiten,
gloort er nieuw licht door mijn beslagen ruiten.
 

 

 

  ***  

 

Vlieger Vlieger
 
Vlieger Vlieger in de lucht
almaar hoger gaat je vlucht
 
Dunner wordt het zilvr’en koord
dat je leidt naar waar je hoort
 
Vlieger Vlieger in de lucht
almaar blijer wordt je vlucht
 
Bijna bij de hemelpoort
daar waar prachtig licht al gloort
 
Vlieger Vlieger in de lucht
zoveel vrijer wordt je vlucht
 
Dan
 
Vlieger Vlieger in de lucht
is ‘t nog één keer dat je zucht
 
En
 
Vlieger Vlieger door de poort
jij bent Thuis, ik zeg ‘t voort…
 
 
  

***

Welkom

Lichtblauw is de kleur van het Weten,
dat jou verwacht en oh zo graag welkom wil heten.
Het is het fluisteren in de zachte wind,
dat zegt: kom maar en wees gerust mijn kind.

 

Wij zullen je vertellen over wie je werkelijk bent
en je het pad laten zien dat nog niet is verkend.
Het is de reis naar een nieuwe, maar al bekende werkelijkheid,
een weg die je niet alleen hoeft te gaan, want je wordt begeleid.

Want verlaat je dit stoffelijke huis,
dan vangen Wij je op, Wij verwachten je thuis.
De Wereld van de Geest is maar een ademtocht ver,
sluit je ogen en als je ze weer open doet dan ben je Er…

 

 

***

 

 

Troost
 
Wat de mens, die zijn laatste reis heeft aanvaard,
vaak nog het meeste zorgen baart,
is dat degene die hem dierbaar is,
zijn vertrek zal ervaren als een groot gemis.
 
Verantwoordelijkheid voor de ander is een trouwe metgezel
en bezwaart zijn reis met de vraag: ‘redt hij of zij het wel?
Maar in het Vertrouwen dat ook de geliefde wordt bijgestaan,
kan deze mens zijn pad toch rustig verder gaan.

En zonder het lijden van het lichaam, zonder de pijn,
zal het nieuwe bestaan voor hem een bevrijding zijn.
Want het lichaam neemt afscheid, maar het wezen gaat voort,
op zoek naar zijn “ Thuis “, naar de plek waar hij hoort.
 
In het verlies van een partner, van man of van vrouw,
ontstaat er een leegte, een periode van diepe rouw.
Maar de Wereld van de Geest, die “ Weet ” en u ook ziet,
zal u troostend omarmen in dit grote verdriet.
Want:
“ U bent niet alleen, Wij staan aan uw zij,
en helpen u verder, Wij zijn er altijd bij. ”
 
  

***

 

 

 
Afscheid
 
Ik ga nu heen en laat jou achter,
in het weten: jouw verdriet wordt zachter.
Want je bent niet alleen,
er is een energie om je heen
die je troosten zal.
Dus sluit je niet af mijn lief, maar stel je open,
er is zoveel meer dan je zou durven hopen.
En als het te moeilijk wordt, de pijn te groot,
weet dan, mijn lief, ik ben niet dood.
En mogen we in jouw droom nog even samen zijn,
dan kom ik even op bezoek mijn lief, is dat niet fijn?
 
 Jij moet nu gaan en ik blijf achter,
maar ik weet, mijn verdriet wordt straks wat zachter.
Want ik ben niet alleen,
er is een energie om mij heen
die mij troosten zal.
Ik sluit me niet af mijn lief, ik stel me open,
want er is zoveel meer dan ik zou durven hopen.
En als het te moeilijk wordt, de pijn te groot
dan zal ik weten, mijn lief, jij bent niet dood.
En zullen we in mijn droom nog even samen zijn,
dan kom jij op bezoek mijn lief, dat vind ik fijn!
 
 
Verwantschap
 
En in die droom vanuit een lichtblauwe sfeer,
open jij een deur, heel even ben je er weer.
 Troostend sla je een arm om me heen 
en zegt:
"Weet je nog mijn lief, je bent niet alleen."
 
Dan lost je gestalte op en verdwijnt uit het zicht,
de deur in de witte nevel gaat langzaam achter je dicht.
 Maar heel even was je er weer,
heel even weer samen in deze lichtblauwe sfeer.
 
Want er is een verwantschap die altijd blijft bestaan,
een zilveren contact dat door dimensies heen kan gaan.